Amsterdamse ambtenaren hielpen tijdens de Duitse bezetting actief mee aan het nazibeleid, waaronder de Jodenvervolging. Dat stelt onderzoeksinstituut NIOD op basis van woensdag gepubliceerd onderzoek. De gemeente verleende “brede medewerking” aan maatregelen van de Duitsers, terwijl het verzet beperkt bleef.
Gemeentelijke diensten voerden vanaf het begin van de Duitse bezetting in 1940 maatregelen uit die de bezetter had opgelegd, blijkt uit het rapport van het NIOD. Dat onderzoeksinstituut richt zich op de Holocaust en volkerenmoord.
Zodoende speelden Amsterdamse ambtenaren tijdens de Tweede Wereldoorlog een belangrijke rol in de uitvoering van nazibeleid. Joden werden geregistreerd in het bevolkingsregister, opgepakt en naar werkkampen gestuurd met behulp van gemeentelijke diensten, zoals het Bureau voor Sociale Zaken.
De politie en het trambedrijf hielpen bij de deportaties. Zo werden Joodse burgers verzameld in tijdelijke opvangcentra om vervolgens te worden weggevoerd.
Daarnaast testte de Gemeentelijke Gezondheidsdienst Joodse vrouwen onder dwang op geslachtsziekten. Ook leverde de dienst gegevens over minderheidsgroepen, zoals homoseksuelen, aan de nazi’s.
Civil servants made various considerations in the event of cooperation
Hoewel sommige leidinggevenden volgens onderzoeker Jeroen Kemperman bewust samenwerkten met de nazi’s, handelde de meerderheid uit angst voor intimidatie en geweld.
Ook waren er ambtenaren die hoopten dat meewerken de situatie minder erg zou maken of ervoor wilden zorgen dat hun afdeling bleef functioneren. In het rapport staat dat er kleine verzetsacties vanuit de gemeente waren, maar die gebeurden vaak in het geheim en werden nauwelijks vastgelegd.
Tijdens de oorlog bleef het stadsbestuur van Amsterdam officieel bestaan, met de pro-Duitse burgemeester Edward Voûte aan het hoofd. Maar Duitse autoriteiten gaven vaak rechtstreeks opdrachten aan gemeentelijke afdelingshoofden. Hierdoor konden bepaalde maatregelen zonder tussenkomst van het gemeentebestuur worden uitgevoerd, wat de medewerking vergemakkelijkte.
Apologies and Fund for the Jewish Community
Naar aanleiding van het onderzoek heeft burgemeester Femke Halsema vorige maand excuses gemaakt voor nalatigheid van de gemeente tijdens de oorlog. Ze deed dit tijdens Jom Hasjoa, de jaarlijkse Holocaustherdenking. Ze noemde het gemeentebestuur van toen “niet heldhaftig, niet vastberaden en niet barmhartig” en bood namens de stad Amsterdam excuses aan.
Vorig jaar verscheen al een rapport over de rol van het Amsterdamse ov-bedrijf GVB. Halsema hintte toen al in een interview met AT5 al op excuses. “Dat moet een gedragen excuus zijn, dat kan niet een sorry zijn”, zei ze destijds.
Naast de excuses heeft Halsema een fonds van 25 miljoen euro aangekondigd om de Joodse gemeenschap in Amsterdam te ondersteunen. Een commissie onder leiding van oud-minister Jet Bussemaker bepaalt hoe dat geld zal worden besteed.
De gemeente hoopt dat de excuses en het fonds bijdragen aan het herstellen van vertrouwen en het ondersteunen van de Joodse gemeenschap. Dit onderzoek helpt volgens de gemeente om het verleden beter te begrijpen en lessen te trekken voor de toekomst.
During the German occupation, Amsterdam officials actively assisted in the Nazi policy, including the persecution of Jews. This is according to research institute NIOD based on research published on Wednesday. The municipality provided “broad cooperation” with measures taken by the Germans, while resistance remained limited.
Municipal services carried out measures imposed by the occupying forces from the beginning of the German occupation in 1940, according to the NIOD report. That research institute focuses on the Holocaust and genocide.
Thus, Amsterdam officials played an important role in the implementation of Nazi policy during the Second World War. Jews were registered in the population register, arrested and sent to work camps with the help of municipal services, such as the Bureau for Social Affairs.
The police and the tram company helped with the deportations. Jewish citizens were gathered in temporary reception centers before being deported.
In addition, the Municipal Health Service forcibly tested Jewish women for venereal diseases. The service also provided data on minority groups, such as homosexuals, to the Nazis.
Officials Made Various Considerations When Cooperating
Although some managers consciously cooperated with the Nazis, according to researcher Jeroen Kemperman, the majority acted out of fear of intimidation and violence.
There were also officials who hoped that cooperating would make the situation less bad or wanted to ensure that their department continued to function. The report states that there were small acts of resistance from the municipality, but these often happened in secret and were hardly recorded.
During the war, the Amsterdam city government officially remained in existence, headed by the pro-German mayor Edward Voûte. However, German authorities often gave direct orders to municipal department heads. As a result, certain measures could be implemented without the intervention of the municipal administration, which facilitated cooperation.
Apologies and Fund for the Jewish Community
Following the investigation, Mayor Femke Halsema apologized last month for the municipality’s negligence during the war. She did this during Yom Hashoa, the annual Holocaust Memorial Day. She called the municipal administration of the time “not heroic, not resolute and not merciful” and offered apologies on behalf of the city of Amsterdam.
A report on the role of the Amsterdam public transport company GVB was published last year. Halsema already hinted at apologies in an interview with AT5. “That must be a supported apology, that cannot be a sorry,” she said at the time.
In addition to the apologies, Halsema has announced a fund of 25 million euros to support the Jewish community in Amsterdam. A committee headed by former minister Jet Bussemaker will determine how that money will be spent.
The municipality hopes that the apologies and the fund will contribute to restoring confidence and supporting the Jewish community. According to the municipality, this research helps to better understand the past and learn lessons for the future.