Bondscoach Sarina Wiegman staat over 2,5 week met Engeland tegenover Oranje op het EK. Ze treft daarmee haar oude werkgever en ‘voetbalmaat’ Andries Jonker. Een interview over hun band, verengelsing, ambities en leren van andere coaches. “Ik spreek graag eens met Arne Slot.”
“Ik zit nu wel echt in de voorbereiding op de EURO’s, eh het EK bedoel ik”, verbetert Wiegman zichzelf tegenover de Nederlandse journalisten tijdens de mediadag op Wembley. Ze werkt nu vier jaar in Engeland en daardoor floepen er soms wat Engelse termen uit. Al verraadt haar Haagse accent nog altijd haar afkomst.
“Ik leef een beetje in twee werelden. Ik praat natuurlijk veel in het Engels en zeker als het over voetbal gaat, moet ik soms zoeken naar de Nederlandse woorden. Maar ik ben iedere week in Nederland. Het is maar een klein stukje”, zegt de 55-jarige Wiegman, wier gezin in Nederland woont.
Wiegman doet haar verhaal op een van de grijze spelersstoelen in de kleedkamer van het iconische Wembley in Londen. De ruimte is nu, op een massagetafel na, leeg en klinkt hol. Drie jaar geleden was dat wel anders, toen Wiegman hier een groot feest vierde nadat ze Engeland naar de eerste Europese titel ooit had geleid.
Komende zomer kan Wiegman voor de derde keer op rij Europees kampioen worden. Haar abonnement op de titel begon in 2017, toen ze Oranje in eigen land naar het kampioenschap leidde. “Of de beker vast naar Wembley kan? Ik zou het leuk vinden als je die nu al kunt brengen, maar dat is te gemakkelijk. Ik denk dat het een competitief toernooi wordt.”
‘Ik zei tegen Andries: Je kan het wel schudden’
Voor een nieuwe titel moet Engeland allereerst de groepsfase overleven. De titelverdediger zit in de ‘poule des doods’ met Wales, Frankrijk en Nederland. Het wordt voor Wiegman een weerzien met haar oude werkgever. Wiegman was van 2017 tot 2021 bondscoach van Nederland. Vorig jaar stonden Engeland en Oranje ook al tegenover elkaar in de Nations League.
“Goh ja, wéér Oranje. Ik zat samen met Andries (Jonker, red.) bij de EK-loting. Toen zeiden we tegen elkaar: je kan het wel schudden. Ik gun Nederland natuurlijk het allerbeste, alleen niet als wij tegen ze spelen. Dan is de competitie nog intenser dan tegen ieder ander land.”
Het wordt ook een nieuw weerzien tussen “voetbalmaten” Wiegman en Jonker. De twee leerden elkaar in de jaren negentig kennen en het klikte direct. Wiegman liep destijds bij Jonker stage bij de meisjes onder zestien van regio West. Toen Jonker in 2001 interim-bondscoach was van de Oranjevrouwen, was Wiegman aanvoerder. Later stonden ze samen aan het roer bij Oranje onder 21.
Inmiddels is Wiegman Jonker voorbijgestreefd. Ze werd Europees kampioen met Oranje (2017) en Engeland (2022) en haalde met beide landen de WK-finale, een unieke prestatie. Wiegman haalde dus sinds 2017 op ieder groot eindtoernooi de finale. Toch blijft ze bescheiden en wil ze niet spreken van ‘voorbijstreven’.
“Ik win die prijzen niet alleen, hè? Zonder goed team, goede spelers en een goede staf ben je nergens in het voetbal. Je bent ook nooit méér of minder dan iemand anders, ongeacht wat je wint. Er is zo veel meer dan het winnen van een prijs.”
Wiegman had vertrek Jonker bij Oranje niet verwacht
Sarina Wiegman heeft geen contact gehad met Andries Jonker over de reden van zijn vertrek bij de Oranjevrouwen. “Ik vond het verrassend, maar dat komt ook doordat ik niet weet wat daar gaande is. Ik kan daar niet over oordelen. Maar ik had het niet verwacht. Ik denk dat veel mensen dat hadden.”
‘Koester dat ik deze mooie dingen mag meemaken’
Wiegman is uitgegroeid tot een icoon in het vrouwenvoetbal. Ze heeft in Engeland een contract tot en met het WK van 2027 in Brazilië. Een wereldtitel ontbreekt, maar die noemt ze niet expliciet als doel.
“De ultieme ambitie ben ik eigenlijk aan het beleven. Ik had zelf tien à vijftien jaar geleden nooit verwacht dat al die deuren open zouden gaan in het vrouwenvoetbal. De sport heeft zich zo snel ontwikkeld. Ik koester dat ik deze mooie dingen mag meemaken.”
“Maar er is meer. Ook na het EK zijn weer mega-uitdagingen. Het team is in transitie, met nieuwe spelers die doorkomen. En we hebben dan een nieuwe samenstelling van de staf.”
Na het EK zal Arjan Veurink haar na 8,5 jaar samenwerken verlaten om Jonker op te volgen als bondscoach van de Oranjevrouwen. Een stap die Wiegman niet verraste. Tegelijkertijd bewandelen Janneke Bijl en Arvid Smit de omgekeerde route. Zij zijn nu nog assistent-trainers bij de Oranjevrouwen, maar gaan na het EK aan de slag bij de ploeg van Wiegman.
Wiegman wil met Slot praten
Wiegman staat bekend als een trainer die niets aan het toeval overlaat. Toch zegt ze ook nog te leren van andere trainers. Ze sprak afgelopen seizoen geregeld met Chelsea-coach Sonia Bompastor en Arsenal-coach Renée Slegers. Eerder had ze ook contact met AZ-directeur Merijn Zeeman, destijds nog sportief directeur van de succesvolle wielerploeg Visma-Lease a Bike.
“Het is hartstikke goed om dingen met andere coaches te delen. Daardoor word je misschien toch even getriggerd. Ik denk dat je iedere dag van andere mensen kunt leren of door ze geïnspireerd wordt.”
Wiegman heeft nog wel een naam op haar verlanglijstje staan: Arne Slot, die in zijn eerste seizoen bij Liverpool direct kampioen werd. “Ja, goed hè”, zegt Wiegman glunderend. “Ik wil contact met hem, maar hij had het een beetje druk.”
“Hij is bezig met de juiste energie in het veld krijgen. Dat vind ik interessant. En hij is natuurlijk heel goed in de media, met humor en hoe hij dingen uitlegt. Hij articuleert grappig en goed. Arne is welbespraakt.”
Wiegman hoopt na het EK een momentje te plannen met Slot. Hij zal in elk geval minder gek opkijken van een mix tussen Engelse en Nederlandse woorden dan de journalisten op Wembley.
National coach Sarina Wiegman will face Orange with England at the European Championship in 2.5 weeks. She will meet her old employer and ‘football buddy’ Andries Jonker. An interview about their relationship, anglicization, ambitions and learning from other coaches. “I would like to speak to Arne Slot.”
“I am now really in preparation for the EUROs, eh the European Championship I mean,” Wiegman corrects herself to the Dutch journalists during the media day at Wembley. She has been working in England for four years now and as a result some English terms slip out. Although her Hague accent still betrays her origin.
“I live a bit in two worlds. Of course I speak a lot in English and especially when it comes to football, I sometimes have to search for the Dutch words. But I am in the Netherlands every week. It’s only a small piece,” says the 55-year-old Wiegman, whose family lives in the Netherlands.
Wiegman tells her story on one of the gray players’ chairs in the dressing room of the iconic Wembley in London. The room is now empty, except for a massage table, and sounds hollow. Three years ago that was different, when Wiegman celebrated a big party here after leading England to their first European title ever.
Next summer, Wiegman can become European champion for the third time in a row. Her subscription to the title started in 2017, when she led Orange to the championship in her own country. “Whether the cup can go to Wembley permanently? I would like it if you could bring it now, but that is too easy. I think it will be a competitive tournament.”
‘I said to Andries: You can shake it’
For a new title, England must first survive the group stage. The defending champion is in the ‘group of death’ with Wales, France and the Netherlands. It will be a reunion with her old employer for Wiegman. Wiegman was national coach of the Netherlands from 2017 to 2021. Last year, England and Orange also faced each other in the Nations League.
“Oh yes, Orange again. I was with Andries (Jonker, ed.) at the European Championship draw. Then we said to each other: you can shake it. Of course I wish the Netherlands all the best, only not when we play against them. Then the competition is even more intense than against any other country.”
It will also be a new reunion between “football buddies” Wiegman and Jonker. The two met in the nineties and clicked immediately. At the time, Wiegman was doing an internship with Jonker with the girls under sixteen of the West region. When Jonker was interim national coach of the Orange women in 2001, Wiegman was captain. Later they were together at the helm of Orange under 21.
In the meantime, Wiegman has overtaken Jonker. She became European champion with Orange (2017) and England (2022) and reached the World Cup final with both countries, a unique achievement. So Wiegman has reached the final at every major final tournament since 2017. Yet she remains modest and does not want to speak of ‘surpassing’.
“I don’t win those prizes alone, do I? Without a good team, good players and good staff you are nowhere in football. You are also never more or less than someone else, regardless of what you win. There is so much more than winning a prize.”
Wiegman did not expect Jonker to leave Orange
Sarina Wiegman has not had contact with Andries Jonker about the reason for his departure from the Orange women. “I thought it was surprising, but that is also because I don’t know what is going on there. I can’t judge that. But I didn’t expect it. I think many people did.”
‘Treasure that I can experience these beautiful things’
Wiegman has become an icon in women’s football. She has a contract in England until the 2027 World Cup in Brazil. A world title is missing, but she does not explicitly mention it as a goal.
“I am actually experiencing the ultimate ambition. Ten to fifteen years ago I never expected that all those doors would open in women’s football. The sport has developed so quickly. I cherish that I can experience these beautiful things.”
“But there is more. There are also mega challenges after the European Championship. The team is in transition, with new players coming through. And we will then have a new composition of the staff.”
After the European Championship, Arjan Veurink will leave her after 8.5 years of collaboration to succeed Jonker as national coach of the Orange women. A step that did not surprise Wiegman. At the same time, Janneke Bijl and Arvid Smit are taking the opposite route. They are now assistant coaches with the Orange women, but will start working with Wiegman’s team after the European Championship.
Wiegman wants to talk to Slot
Wiegman is known as a coach who leaves nothing to chance. Yet she also says that she still learns from other trainers. Last season she spoke regularly with Chelsea coach Sonia Bompastor and Arsenal coach Renée Slegers. Previously, she also had contact with AZ director Merijn Zeeman, who was then sporting director of the successful cycling team Visma-Lease a Bike.
“It is very good to share things with other coaches. That might trigger you for a moment. I think you can learn from or be inspired by other people every day.”
Wiegman still has a name on her wish list: Arne Slot, who became champion directly in his first season at Liverpool. “Yes, good huh,” says Wiegman gleefully. “I want to contact him, but he was a bit busy.”
“He is working on getting the right energy on the field. I find that interesting. And of course he is very good in the media, with humor and how he explains things. He articulates funny and well. Arne is eloquent.”
Wiegman hopes to schedule a moment with Slot after the European Championship. In any case, he will be less surprised by a mix of English and Dutch words than the journalists at Wembley.